Bij alle grondwerken wordt de PFAS houdende grond enkel verplaatst binnen een zone met gelijkaardige kenmerken, zoals de graad van PFAS-verontreiniging. Er wordt daarbij over gewaakt dat gronden steeds in de richting van de verontreinigingsbron worden verplaatst en dat de grondverzetswerken een toekomstige sanering van de werfzone niet in verhinderen.

Dit wordt geconcretiseerd in technische verslagen, grondverzetsplannen, grondverzetstoelatingen en zorgvuldig gemonitord met verschillende controlemechanismen (zie FAQ "Hoe weten we dat Lantis ook effectief doet wat het zegt?").