Oosterweelwerken met geluidsimpact

Damwanden zijn stalen panelen die verticaal in de grond worden geplaatst. Daar zorgen ze dat een constructie, bijvoorbeeld een bouwput, stabiel blijft. Dat is belangrijk voor de veiligheid van wie in de bouwput werkt, maar ook voor de omliggende constructies (gebouwen, kabels & leidingen, wegen…). Damplanken zorgen er ook voor dat we het grondwater kunnen controleren. We pompen het grondwater in de bouwput weg zonder dit het grondwaterpeil in de omgeving beïnvloedt.  Door het plaatsen van damwanden zorgen we voor een stabiele en veilige situatie, zowel voor de werf als de omgeving.

Damwanden worden in de grond getrild, geheid of gedrukt. De gebruikte techniek (trillen, heien of drukken) is afhankelijk van de technische vereisten zoals diepte van de damwand, soort ondergrond en de constructies die nabij of onder de bouwput liggen. 

• Damwanden intrillen gebeurt met behulp van een hoog frequent trilblok. Hiermee wordt de damplank in de bodem getrild. In nabije omgeving voel en hoor je de trillingen. De damplanken worden in de groef van de voorgaande damplank geplaatst en vormen op deze manier een damwand. Eens de werken afgerond zijn, kunnen de damplanken terug uit de grond getrokken worden. Ze kunnen nadien worden hergebruikt in een ander project. Na de werken blijven er dus geen constructies aanwezig in de ondergrond die een invloed kunnen hebben op de grondwaterstroming.
• Damwanden heien gebeurt met een heistelling. De damplanken worden één voor één in de grond geklopt. In de ruime omgeving hoor je een ritmisch geklop. Doordat heien geluidsoverlast geeft in de ruime omgeving, passen we deze techniek uitsluitend toe wanneer de damplanken bij het intrillen niet op diepte raken. 
• Drukken gebeurt met een hydraulische pers. Zo worden de damplanken ingeperst en uitgetrokken. Deze techniek wordt toegepast op risicovolle locaties waar zelfs de minste trillingen te mijden zijn. Persen vraagt meer tijd en geld en kunnen we slechts beperkt toepassen afhankelijk van type ondergrond.

Voorafgaand aan de werken wordt een keuze gemaakt uit de Best Beschikbare Technieken. Dit zijn technieken die, in vergelijking met alle gelijkaardige technieken, het best scoren op milieugebied én betaalbaar zijn én technisch uitvoerbaar zijn.

• Damwanden worden meestal gebruikt bij de bouw van tijdelijke bouwputten waarvan de wanden geen dragende functie hebben.  Het zijn eenvoudige installaties die snel geplaatst kunnen worden. Na de werken worden de planken getrokken en kunnen ze opnieuw ingezet worden.
• Voor kleine kokers of kleine bouwputten zijn berlinerwand en kringloopbeschroeiing een standaardtechniek. Deze techniek is te licht voor aanleg van grotere kokers of diepere bouwputten.

Wanneer de wanden een permanente en/of dragende functie hebben, wordt gekozen voor diepwanden of CB-wanden. In complexe configuraties zijn ook secanspalen, soilmix en groutpalen mogelijk. 

 

• Er wordt een trillings- en geluidsstudie uitgevoerd waarin de impact op de omgeving in kaart gebracht wordt. De gebruikte tril- en heitechniek en milderende maatregelen worden hierop afgestemd.
• De dichtstbijzijnde gebouwen worden voorzien van geluids- en trillingsmeters. Op die manier verzamelen we gegevens, zodat we tijdens de uitvoering van de werken kunnen ingrijpen indien een overschrijding van bepaalde waarden dreigt. 

• Bij moeizame voortgang van de werken kan de gebruikte tril- en heitechniek aangepast worden. Ook  de ondergrond kan voorbereid worden via een voorboorstelling of thermische lans.
• Bij een te hoge geluidsbelasting op de directe omgeving kunnen de werkzaamheden bijkomend afgeschermd worden via een geluidsscherm, een tijdelijke grondwal of containerwand. 
• In overleg met de directe werfburen kunnen bijkomende maatregelen uitgewerkt worden met bewoners of bedrijven waar de geluidsbelasting hoog is.  

• In het Albertkanaal worden de Kanaaltunnels gebouwd. Deze gestapelde tunnels komen onder de bodem van het kanaal te liggen.
• Vooraleer we de tunnels kunnen bouwen, moeten we een tijdelijke waterdichte bouwput over de volledige lengte van het tracé afzetten in het Albertkanaal. Dit gebeurt via damwanden die tot in de Boomse Klei reiken.  
• In een volgende fase van de werken wordt de bouwput opgevuld met zand en kunnen de wanden voor de tunnels uitgegraven worden via de techniek van diepwanden.
• Na bouw van de tunnels worden de damplanken verwijderd en wordt het kanaal terug volledig vrijgegeven voor de scheepvaart.